10 jaar geleden. Vogezen. Bomen flitsen voorbij. We bevinden ons op een morsige achterbank.
Een held wordt geboren. Dat doet vermoeden dat de achterbank daarna nog morsiger was.
De held groeit snel. Maar is overigens niet per se herkenbaar als held. Hij vermomt zich doorgaans als bankier, manager, ontwerper, arts, programmeur of gepensioneerde levensgenieter. Op gezette tijden echter werpt hij het schijnbaar alledaagse uniform van zich af.
Dan hult hij zich in een zwart superhelden pak met gele opdruk. En op zijn trouwe metgezel van carbon, staal, titanium of aluminium verricht hij heldendaden. In ieder geval in z’n eigen hoofd.
Hij is de held die dansend in het hooggebergte weg rijdt van een ziedend peloton. Die als eerste bovenkomt op de Monte Bondone, Stelvio of Ventoux. Hij is de held die op Sloten een ronde pakt op de groep. De held die in een een criterium door de bochten zweeft en lachend de gladiolen opeist.
Maar bovenal een hebben we het hier over een held die kinderen, kinderen die hij niet eens kent, een beter leven probeert te geven. Kinderen die het slachtoffer zijn geworden van oorlog, die diepere wonden heeft geslagen dan de littekens die zichtbaar zijn. Onze held probeert de oorlog een beetje uit ze te halen, ze weer kind te laten zijn.
Die held. Dat ben jij. En jij. En jij. Wij allemaal. Die held die 10 jaar geleden op de achterbank is geboren is Gaul! Dat hadden jullie inmiddels wel door.
Een held overigens met menselijke trekjes. Na z’n heldendaden checkt ie in bij cafe de Gouden Ster, laaft zich aan bier en vooral zakken chips en roddelt over de daden van collega helden.
Mei 2015. Dezelfde Vogezen. Een moment dat voor mij Gaul! definieert. We fietsen bij Natzweiler op weg naar de Mont Ventoux die vele horizonten verder ligt. Ello en Ewold zijn gevlogen. Gaulisten onder elkaar bergop, dus het is koers. Julien en Paul zijn achter me hun eigen grenzen aan het verleggen. Ook Gaul! Ik zwem daartussen met afgedraaide benen van de eerder betwiste Col Donon.
We passeren Struthof. Niet heel bekend. Maar een plek die de twijfelachtige eer heeft het enige Franse concentratiekamp in de Tweede Wereldoorlog te zijn. Ik realiseer me dat de wereld waarvoor we fietsen, de wereld van War Child, eigenlijk heel dicht bij is. Niet zo lang geleden liepen hier de oorlogskinderen rond.
Het doet me ook beseffen in wat voor ongelooflijke vrijheid en luxe we leven. Ik ben vrij om mijn fiets te pakken en naar de Ventoux te fietsen. Ik heb de keuze om het afzien op te zoeken, de vrijheid om te bepalen waar ik sta. En nooit in mijn leven heb ik de angst van oorlog gekend. Ook niet een beetje. Dat maakt ons tot geweldig bevoorrechte mensen. En mensen die dat voorrecht inzetten om War Child een beetje te helpen.
Vandaag. Dezelfde vrijheid. Fietsen. Zon. Goed gezelschap. Onze club bestaat 10 jaar. Tien jaar geweldig mooie wedstrijden, trainingskilometers en vrijheid op de fiets. Tien jaar inzet voor War Child. En 10 jaar een vereniging die door jullie is gemaakt. Door voorzitters Christiaan en Max. Maar bovenal door de inzet van ons allemaal. We weten hoe een peloton veel sneller kan fietsen dan een eenling. Daarmee zijn we nog steeds die wat rare, eigenzinnige, hardfietsende en stijlvolle club.
Tien jaar heldenverhalen ook, en soms een beetje heldendom. Dat begon allemaal met de geboorte van Gaul! Op die achterbank.
Mooie woorden Floris, en mooi is ook de foto daarbij. Deze plaat, gemaakt door Paul Gremmen overigens, heeft bij ons thuis een ereplaats op canvas boven de piano. Het beeld vertelt het verhaal van vijf Gaulisten die bezig zijn met een challenge. De weg als een voor ons uitgerold tapijt naar de eerste “ëchte” beklimmingen met als laatste die naar de top van de kale berg. Geen mens, dier of huis te bekennen. Zoekend tussen de wolken door lijkt de zon ons als een volgspot te beschijnen. Ver van huis maar ook nog ver te gaan, de ‘dagelijkse’ wereld is even ver weg.
Een onvergetelijke ervaring dankzij Gaul!
Op naar het volgende lustrum!